COR Eneco wint zaak bij de Ondernemingskamer

Publicatiedatum: 27/09/2018
Tags: Medezeggenschap - Arbeidsverhoudingen - Wetgeving
Auteur: Evert Smit

Bij Eneco rommelt het al een lange tijd. Er is een strijd gaande over de privatisering van de onderneming. De huidige aandeelhouders zijn 53 gemeenten, die willen verkopen. De centrale ondernemingsraad (COR) speelt een belangrijke rol in dit traject en grijpt de wettelijke mogelijkheden die er zijn om invloed uit te oefenen aan.

Onderzoek naar wanbeleid en schorsing RvC leden

De Ondernemingskamer heeft op 18 juli 2018 de COR van energiebedrijf Eneco in het gelijk gesteld. Op basis van het hem toegekende enquêterecht had de COR een onderzoek naar het wanbeleid van de Raad van Commissarissen (RvC) en de schorsing van een drietal leden van de RvC geëist. De rechter honoreerde beide eisen, met dien verstande dat de schorsing beperkt bleef tot Van den Assem, de voorzitter van de RvC. Zoals COR-voorzitter Willem Hofman terecht opmerkte is deze uitspraak is van grote betekenis voor de medezeggenschap in Nederland.

Duurzaam beleid of ‘cashen’

De uitspraak is een nieuwe mijlpaal in een langlopende machtsstrijd, tussen alle betrokken partijen bij Eneco, over de privatisering van de onderneming. Onder aanvoering van grootaandeelhouder Gemeente Rotterdam dringen de aandeelhouders, 53 Nederlandse gemeenten, aan op verkoop van de onderneming. De geschatte opbrengstwaarde bedraagt € 3 miljard. Het beleid van Eneco-directeur De Haas, was sinds zijn aanstelling in 2000, met steun van de RvC, gericht op duurzaamheid. De Haas vreesde dat dit ‘groene’ beleid in het gedrang zou komen als het bedrijf naar de hoogste bieder zou gaan, en wilde een aantal condities aan de verkoop verbinden, die dat moet voorkomen. De COR deelt deze vrees en heeft deze opstelling actief ondersteund. Dit was tegen het zere been van de aandeelhouders, die vooral willen ‘cashen’. In het voorjaar van 2018 veranderde de RvC van opstelling en ‘liep over’ naar de kant van de aandeelhouders. Het vertrouwen in De Haas werd opgezegd. Deze moest het veld ruimen en Ruud Sondag werd tot nieuwe directeur benoemd.

Een harde uitspraak van de Ondernemingskamer over de Raad van Commissarissen

Dit was de aanleiding voor de OR om in het geweer te komen en een procedure te starten bij de Ondernemingskamer. Deze oordeelt hard over de toezichthouders van de RvC. Zij zijn op de stoel van de bestuurder gaan zitten door buiten datzelfde bestuur afspraken te maken met de aandeelhouders. Bovendien heeft de RvC geen advies gevraagd aan de COR over het ontslag van De Haas, noch over de benoeming van Sondag. De Ondernemingskamer heeft dus niet alleen een onderzoek naar wanbeleid gelast, maar ook de voorzitter van de RvC geschorst. Daags na de uitspraak maakte Van Assem bekend dat hij aftreedt. Vervolgens maakte ook commissaris Marike van Lier Lels bekend af te zullen treden. Commissaris Mirjam Sijmons was al eerder teruggetreden, zodat het trio waar de COR het meeste aanstoot aan nam, nu weg is. Op 26 juli heeft de Ondernemingskamer Charlotte Insinger aangewezen als tijdelijk voorzitter van de RvC, en op 2 augustus is de Groningse hoogleraar Corporate Governance Van Manen aangesteld als degene die het onderzoek naar wanbeleid bij Eneco gaat uitvoeren.

Sterke medezeggenschap

Wat de zaak laat zien, is dat er in het ondernemingsbestuur (corporate governance) terdege rekening gehouden moet worden met de medezeggenschap. Een belangrijke troef van de COR van Eneco is uiteraard dat die beschikt over het enquêterecht. Dit is als uitbreiding van zijn bevoegdheden, op basis van de WOR in 2015, aan de COR toegekend en vastgelegd in een ondernemingsovereenkomst. Ook het doorzettingsvermogen van de COR is bewonderingswaardig. Onder leiding van Sondag hebben directie, RvC en aandeelhouders er alles aan gedaan om de gang naar de Ondernemingskamer tegen te werken, uit vrees voor imagoschade van het bedrijf. De medezeggenschap bij Eneco heeft niet met zich laten sollen.

Interessant bericht? Deel dit bericht op Social Media of via e-mail.

Meer berichten